Johann Sebastian Bach (1685-1750)
Johannes-Passion, BWV 245
Concert zonder pauze
Einde van het concert : ± 22u15
Johannes-Passion, BWV 245
Concert zonder pauze
Einde van het concert : ± 22u15
Reinoud Van Mechelen, tenor - evangelist
Krešimir Stražanac, bas - Jezus
Philipp Kaven, bas - Pilatus
Dorothee Mields - wegens ziekte vervangen door Marie Luise Werneburg, sopraan
Alex Potter, contratenor
Guy Cutting, tenor
Peter Kooij, bas
Philippe Herreweghe, dir.
Christus door de ogen van Johannes
Op Goede Vrijdag, 7 april 1724, werd de Johannes-Passion van Johann Sebastian Bachs voor de allereerste maal uitgevoerd in de Nikolaikirche van Leipzig. Op dat moment was Bach 38 jaar oud en sinds één jaar aangesteld als Thomascantor van de stad. Deze functie hield in dat hij de dirigent was van het Thomanerchor, verantwoordelijk was voor de muziek in de Thomaskirche en de Nikolaikirche, en ook doceerde aan de Thomasschule.
De Johannes-Passion was voor Bach het allereerste passie die hij schreef. Zijn voorganger als Thomascantor, Johann Kuhnau (1660-1722), had het uitvoeren van passies op Goede Vrijdag in Leipzig geïntroduceerd in 1721, en Bach zette maar al te graag deze traditie verder. Doorheen het jaar componeerde hij aan de lopende band cantates voor de wekelijkse erediensten in de kerken, maar voor het schrijven van zijn grootse orkestraal-vocale Johannes-Passion kon hij zijn tijd nemen. Tijdens de voorafgaande Vastentijd was het uitvoeren van cantates immers niet toegestaan. Hoe de Johannes-Passion in 1724 precies geklonken heeft, weten we niet helemaal. De passie werd opnieuw uitgevoerd in Leipzig in 1725, in 1732 en tenslotte in 1749, en telkens bleef Bach sleutelen aan de muziek. De versies verschillen onderling behoorlijk, en heel wat materiaal is doorheen de jaren verloren gegaan. Tegenwoordig vertrekt men gewoonlijk voor het uitvoeren van de passie van de ‘nette versie’ uit 1739 (waarvan enkel twintig pagina’s werden voltooid) die men aanvult met passages uit de versie van 1749.
Ondanks dat Bach de Johannes- Passion bleef perfectioneren, is het werk altijd wat in de schaduw blijven staan van de Matthäus-Passion die hij in 1727 schreef. Dit ligt niet aan de intensiteit van de muziek die absoluut niet onder doet aan die van zijn ‘grote broer’. De reden is eerder de wijze waarop Johannes in zijn evangelie het lijdensproces van Jezus benadert. Waar in het evangelie van Mattheus Jezus alles lijdzaam ondergaat, confronteert Johannes ons met een Jezus die in dialoog treedt met het volk en de andere personages in het verhaal. Dit zorgt enerzijds voor een afwisselende en dynamische vertelling van het lijdensverhaal, maar ook stelt Johannes Jezus’ kruisiging niet volmondig voor als een treurige gebeurtenis maar—paradoxaal genoeg—als een eerder glorieuze overwinning. Johannes benadrukt dat Christus door zijn overlijden en opstanding de dood definitief verslaat. Daarom dat er veel minder ingetogen en emotioneel geladen aria’s aanwezig zijn dan in de Matthäus-Passion (die deze passie net zo beroemd maken), net zomin als een beklijvend passiekoraal O Haupt voll Blut und Wunden dat in de Matthäus-Passion tot vijfmaal toe weerklinkt. Kortom, in het evangelie van Johannes heeft Jezus zijn lot in eigen handen en wordt hij op een vastberaden manier naar voor geschoven: er komt geen Judaskus aan te pas, hij geeft zichzelf zonder aarzeling aan nadat hij werd verraden (Ich bin’s), en ook vraagt hij geen hulp aan Simon van Cyrene bij het dragen van het kruis. Opvallend is hoe Bach er zelf voor kiest om een passage uit het evangelie van Mattheus in te lassen om Jezus toch nog aandacht te laten geven aan het berouw van Petrus.
Wat Johannes wil bereiken met deze ‘nuchtere’ lezing van het lijdensverhaal, is dat hij Christus aan de wereld wil tonen als een koning. Op het moment dat het kruis wordt opgericht, wordt Christus als het ware gekroond: Pilatus aber schrieb eine Überschrift und satzte sie auf das Kreuz, und war geschrieben: “Jesus von Nazareth, der Jüden König”. Ook Bach speelt muzikaal in op deze boodschap van Johannes door het woord ‘verheerlijking’ als hét centrale woord te nemen in het dramatische openingskoor: Herr, unser Herrscher, dessen Ruhm in allen Landen herrlich ist! Zeig uns durch deine Passion, dass du, der wahre Gottessohn, zu aller Zeit, auch in der grössten Niedrigkeit, verherrlicht worden bist! of verklankt hij in de alt-aria Es ist vollbracht! op triomfantelijke wijze de woorden “Der Held aus Juda siegt mit Macht”.
Doorheen de Johannes-Passion wisselt Bach het lijdensverhaal af met met Lutherse koralen, vrij geschreven teksten, en aria’s op teksten van diverse dichters waaronder Christian Weise, Barthold Heinrich Brockes en Christian Heinrich Postel. Net zoals bij de Mattheüs-Passion zijn de aria’s de rustpunten binnen het dynamische verhaal. De Johannes- Passion bevat acht aria’s, waarbij Bach voor elke solist er twee reserveert. De aria’s reflecteren op de gebeurtenissen die net voorafgaan. De karakters zijn dan ook zeer divers: troostend (Mein teurer Heiland), opzwepend (Eilt, eilt), met het karakter van een slaaplied (Ruht wohl),… Haaks op de ingetogenheid van de aria’s staan de passages die de reacties van het haatdragend volk, de opruiende Schriftgeleerden, de onverschillige soldaten en de plagerige toeschouwers verklanken. Deze veertien dramatische koorpassages, de zogenaamde ‘turbae’, drukken bijvoorbeeld de opwinding uit van de soldaten en dienaren van de hogepriesters en Farizeeën wanneer Jezus hen vertelt dat hij “Jesum von Nazareth” is, de persoon die ze zoeken. Op symbolische manier laat Bach in de herhaling van deze passage de fluit (vaak het symbool voor de zonde in Bachs muziek) weg wanneer de soldaten merken dat ze niet in staat zijn om Jezus te intimideren. Dergelijke muzikale symboliek is alomtegenwoordig in de passie. Al in het openingskoor laat Bach de houtblazers de noten Mi mol (es), Re (d) en Sol (g) spelen, wat verwijst naar de woorden, Soli (es) Deo (d) Gloria (g): “Voor de glorie van God alleen”. Ook symbolisch is de plaatsing van het sleutelmoment van de passie: niet Jezus’ dood, maar wel het moment dat Pontius Pilatus zwicht voor de druk om Jezus ter dood te brengen. Dit wordt muzikaal verklankt door het koraal Durch Dein Gefängnis, Gottes Sohn, dat symmetrisch gezien het centrale punt is van de Johannes-Passion. Bach wil hiermee het belang van het menselijk handelen aantonen, en niet zozeer het sterven van Christus in de kijker zetten. Het is dan ook niet toevallig dat hij zijn Johannes- Passion niet afsluit met een groots slotkoor maar met een koraal dat de toehoorder aanspreekt. In dit koraal Ach Herr, laß dein lieb Engelein am letzten End die Seele mein in Abrahams Schoß tragen, plaatst hij het hele lijdensverhaal in een theologisch perspectief. Hij geeft ons de boodschap mee dat we, aan het einde der tijden, opnieuw Jezus’ glorie zullen aanschouwen. Niemand minder dan Luther wees “op de unieke schoonheid van het evangelie van Johannes”. Hij schrijft: “Het is het ene goede, ware en voornaamste evangelie, dat verre te prefereren is boven de andere drie en daar hoog boven uitstijgt”, want “het geeft een meesterlijke beschrijving van hoe het geloof in Christus de zonden, de dood en de hel overwint, en leven, rechtvaardigheid en verlossing schenkt”.
Waldo Geuns
Het ensemble werd opgericht in 1970 op initiatief van Philippe Herreweghe samen met een groep bevriende studenten. Het ensemble paste als één van de eerste de nieuwe inzichten inzake de uitvoering van barokmuziek toe op de vocale muziek. De authentieke, tekstgerichte en retorische aanpak zorgde voor een transparant klankidioom waardoor het ensemble in nauwelijks enkele jaren tijd wereldfaam verwierf en te gast was op alle belangrijke podia en muziekfestivals van Europa, de Verenigde Staten, Rusland, Zuid-Amerika, Japan, Hong-Kong en Australië. Sinds 2017 organiseert het ensemble in het Italiaanse Toscane een eigen zomerfestival: Collegium Vocale Crete Senesi. Collegium Vocale Gent bouwde onder leiding van Philippe Herreweghe een omvangrijke discografie op met meer dan 100 opnamen, voornamelijk bij de labels Harmonia Mundi France en Virgin Classics.
Philippe Herreweghe werd geboren in Gent en combineerde er zijn universitaire studies met een muzikale opleiding aan het conservatorium, waar hij piano volgde bij Marcel Gazelle. In dezelfde periode begon hij te dirigeren en in 1970 richtte hij het Collegium Vocale Gent op. Nikolaus Harnoncourt en Gustav Leonhardt merkten zijn uitzonderlijke benaderingswijze op en nodigden hem uit om mee te werken aan hun opnames van de verzamelde Bachcantates. Al gauw werd Herreweghes levendige, authentieke en retorische aanpak van de barokmuziek geprezen en in 1977 richtte hij in Parijs het ensemble La Chapelle Royale op, waarmee hij de muziek van de Franse Gouden Eeuw ten uitvoer bracht. Van 1982 tot 2002 was Philippe Herreweghe artistiek directeur van de Académies Musicales de Saintes. In die periode creëerde hij verschillende ensembles, waarmee hij een adequate en gedegen lezing wist te brengen van een repertoire lopende van de renaissance tot de hedendaagse muziek. Zo was er het Ensemble Vocal Européen, gespecialiseerd in renaissancepolyfonie, en het Orchestre des Champs Élysées, opgericht in 1991 met de bedoeling het romantische en preromantische repertoire opnieuw te laten schitteren op originele instrumenten. Sinds 2009 werkt Philippe Herreweghe samen met Collegium Vocale Gent actief aan de uitbouw van een groot symfonisch koor op Europees niveau. In 2010 verleende de stad Leipzig aan Philippe Herreweghe de Bach-Medaille voor zijn grote verdienste als Bachuitvoerder. In 2017 ontving hij een eredoctoraat aan de Universiteit Gent. In 2021 verleent de Vlaamse Overheid aan Philippe Herreweghe de Ultima, prijs voor Algemene Culturele Verdienste als bekroning voor zijn hele carrière.
Reinoud Van Mechelen, tenor
Reinoud Van Mechelen werd in 2017 bekroond met de prestigieuze Caecilia Prijs als Jonge Musicus van het Jaar van de Vereniging van de Belgische Muziekpers. Reinoud treedt regelmatig op met verschillende grote barokensembles. Van Mechelen zong de rol van evangelist in de Johannespassie van J.S. Bach al met het Royal Liverpool Philharmonic, het Koninklijk Concertgebouworkest in Amsterdam en Collegium Vocale Gent. Reinoud Van Mechelen werkte mee aan menig CD- en DVD-opnames. Zijn eerste eigen CD met de titel Erbarme Dich bij Alpha Classics in 2016, werd unaniem geprezen door de pers.
Krešimir Stražanac, bas
De Kroatische basbariton Krešimir Stražanac studeerde bij Dunja Vejzović en Cornelis Witthoefft aan de Hochschule für Musik und darstellende Kunst in Stuttgart en specialiseerde zich verder bij Jane Thorner Mengedoht en Hanns- Friedrich Kunz. Na zijn studie werd hij een vast lid van de Zürich Opera House, waar hij optrad als Baron Tusenbach (Drei Schwestern), Ping (Turandot), Harlequin (Ariadne auf Naxos) en Don Fernando (Fidelio) onder de leiding van Nello Santi, Peter Schneider, Franz Welser-Möst, Bernard Haitink, Placido Domingo en vele andere dirigenten. Krešimir Stražanac is de winnaar van talrijke wedstrijden waaronder het Internationalen Cantilena- Wettbewerbs in Bayreuth, de internationale wedstrijd La Voce van de Bayerische Rundfunk en de Internationale Hugo Wolfwedstrijd in Gradec (Slovenië). Krešimir Stražanac repertoire omvat zowel de muziek van de barok-, klassieke als romantische periode, maar ook legt hij zich regelmatig toe op het vertolken van hedendaagse muziek.
Dorothee Mields, sopraan
Dorothee Mields is een van de toonaangevende vertolksters van de zeventiende- en achttiende-eeuwse muziek. Ze is gekend voor haar unieke timbre en gevoelige interpretaties. Ze treedt regelmatig op met het Collegium Vocale Gent, de Nederlandse Bachvereniging, L’Orfeo Barockorchester, das Freiburger Barockorchester, der RIAS Kammerchor, het Bach Collegium Japan, the Orchestra of the 18th Century, die Lautten Compagney Berlin, het Tafelmusik Baroque Orchestra Toronto, The English Concert en das Klangforum Wien onder leiding van dirigenten zoals Stefan Asbury, Beat Furrer, Michi Gaigg, Paul Goodwin, Philippe Herreweghe, Emilio Pomàrico, Hans-Christoph Rademann, Andreas Spering, Masaaki Suzuki en Jos van Veldhoven.
--- vervangen door ---
Marie Luise Werneburg, sopraan
Tijdens haar studies kerkmuziek en zang in Dresden en Bremen ontwikkelde Marie Luise Werneburg haar passie voor de muziek van de 17e en 18e eeuw. De werken van Heinrich Schütz en Johann Sebastian Bach vormen haar favoriete repertoire. Marie Luise Werneburg treedt op als soliste in de hele wereld en werkt samen met de volgende ensembles: Bachstiftung St. Gallen (Ruedi Lutz), Nederlandse Bachvereniging (Shunske Sato), Bach Collegium Japan (Masaaki Suzuki), Abendmusiken Basel (Jörg-Andreas Bötticher), Musica fiata (Roland Wilson), Continuu-m (Elina Albach) en Weser Renaissance (Manfred Cordes). Haar uitgebreide discografie omvat ook haar eigen projecten gericht op het lied. In 2021 nam ze liederen van de componist Johann Gottlieb Naumann op met pianist Sebastian Knebel voor het label CPO.
Alex Potter, contratenor
Deze "rijzende ster in de wereld van de contratenoren" is een veelgevraagd vertolker van de zeventiende- en achttiende-eeuwse muziek. Alex Potter trad op met dirigenten zoals Philippe Herreweghe, Thomas Hengelbrock, Lars Ulrik Mortensen, Jordi Savall, Jos van Veldhoven en Peter Neumann. Naast talrijke uitvoeringen van werken van Bach, Händel en andere componisten, streeft hij ernaar ook een minder bekend repertoire uit te voeren en op te nemen. Alex Potter bouwde al een grote discografie op in samenwerking met tal van ensembles. Zijn cd Fede e Amor, met Weense barokmuziek voor alt en obligate trombones, verscheen in 2014 bij het label Ramée. Een nieuwe cd met solo-cantates van Telemann verscheen in 2019 bij het label CPO.
Guy Cutting, tenor
De Britse tenor Guy Cutting beëindigde in 2012 zijn zangopleiding aan het New College Oxford en legde zich nadien toe op een barokrepertoire. Van de American Bach Solists kreeg hij de Jeffrey Thomas Award, een prijs voor jong talent in het domein van oude muziek. Bij het Orchestra of the Age of Enlightenment werd hij ‘rising star’ voor de seizoenen 2019/20 en 2020/21. Als solist vertolkte Guy Cutting bij het Orchestra of the Age of Enlightenment, het Monteverdi Choir, de Academy of Ancient Music, het Gabrieli Consort, het Swedish Baroque Orchestra, de Nederlandse Bachvereniging, Voces Tallinn en Le Concert Lorrain. Hierbij zong hij onder leiding van dirigenten zoals John Eliot Gardiner, Jos van Veldhoven, Christoph Prégardien, Kristian Bezuidenhout, Stephan MacLeod, Laurence Cummings, Paul McCreesh, Marcus Creed en Risto Joost. Naast zijn solocarrière maakt de tenor ook deel uit van het Damask Vocal Quartet, dat zich toelegt op kamermuziek uit de negentiende en twintigste eeuw.
Peter Kooij, bas
Peter Kooij begon op zesjarige leeftijd met zingen in het koor van zijn vader en als jongenssopraan zong hij reeds op verschillende radio-, TV- en plaatopnamen. Na zijn viool- en zangstudie aan het Utrechts Conservatorium behaalde hij het solo-diploma zang aan het Sweelinck-Conservatorium te Amsterdam, waar hij bij Max van Egmond studeerde. Zijn concertreizen voerden hem naar de belangrijkste muziekcentra in de hele wereld. Zijn discografie omvat ruim 150 opnames voor labels als Philips, Sony en Virgin Classics, Harmonia Mundi, Erato, EMI en BIS. Door BIS werd hij uitgenodigd alle cantates, passies en oratoria van J.S.Bach op te nemen met het Bach Collegium Japan o.l.v. Masaaki Suzuki. Naast zijn concertpraktijk is Peter Kooij artistiek adviseur van het "Ensemble Vocal Européen". Sinds 2013 is hij docent aan de HFK Bremen. Verder wordt hij regelmatig uitgenodigd voor het geven van masterclasses (ondermeer in Duitsland, Japan, Finland, Frankrijk, Portugal, Belgie en Spanje). In 2016 ontving hij de Bach-medaille van de stad Leipzig.
1. Koor
Heer, onze Koning, gij wiens roem in alle landen heerlijk is!
Toon ons hoe, door uw lijden heen, o zoon van God, met de Vader één, in alle ding,ook in de diepste vernedering, steeds machtiger straalt uw goddelijke licht.
2. Recitatief
Evangelist
Jezus ging met zijn leerlingen, naar de overkant van de beek Kedron. Daar was een boomgaard die hij met zijn leerlingen binnenging. Maar ook Judas, die hem zou overleveren, kende deze plaats, omdat Jezus er dikwijls met zijn leerlingen was samengekomen. Zo kwam Judas daarheen met de afdeling soldaten en met dienaars van de hogepriesters en Farizeeën, voorzien van lantaarns, fakkels en wapens. Jezus die alles wist, wat over hem ging komen, trad naar voren en zei tot hen:
Jezus
Wie zoekt gij?
Evangelist
Zij antwoordden hem:
Koor
Jezus, de Nazoreeër.
Evangelist
Jezus zei hun:
Jezus
Dat ben ik.
Evangelist
Ook Judas, zijn verrader, bevond zich bij hen. Nauwelijks had Jezus hun gezegd: Dat ben ik, of zij weken achteruit en vielen op de grond. Nog eens vroeg hij hen:
Jezus
Wie zoekt gij?
Evangelist
Zij zeiden:
Koor
Jezus, de Naoareeër.
Evangelist
Jezus antwoordde:
Jezus
Ik heb u gezegd, dat ik het ben.
Als gij mij zoekt, laat deze mensen dan gaan.
3. Koraal
O, grote liefde, in kracht niet te bedwingen, die u gebracht heeft deze martelingen!
De wereld was voor mij plaats van verblijden, gij moet er lijden!
4. Recitatief
Evangelist
Vervuld moest worden wat hij gezegd had: niemand van hen, die gij mij gegeven hebt, liet ik verloren gaan. Maar Simon Petrus had een zwaard bij zich, hij trok het en verwondde daarmee de knecht van de hogepriester door hem het rechter oor af te slaan. De naam van die knecht was Malchus. Jezus echter sprak tot Petrus:
Jezus
Steek het zwaard in de schede, zou ik de beker niet drinken die mijn vader mij gegeven heeft?
5. Koraal
Op aarde geschiede uw wil, gelijk, o God, ook in uw hemelrijk: geef ons in lijden duldzaamheid, ons leven zij door u geleid, wees sterker dan ons vlees en bloed, dat uit zichzelf uw wil niet doet.
6. Recitatief
Evangelist
De afdeling van de bevelhebber en de dienaars van de Joden grepen toen Jezus vast, boeiden hem en brachten hem eerst naar Annas. Deze was namelijk de schoonvader van Kajafas, die dat jaar hogepriester was, dezelfde Kajafas die aan de Joden de raad gegeven had: het is beter dat er één mens sterft voor het volk.
7. Aria
Om van de strikken van mijn zonden mij los te binden, wordt mijn heil gebonden; om van het gezwel van ’t boze mij te genezen, laat hij zich verwonden.
8. Recitatief
Evangelist
Simon Petrus en nog een andere leerling volgden Jezus.
9. Aria
Ook ik wil u volgen, verheugd gaan mijn voeten, naar u steeds gericht, mijn leven, mijn licht, maak krachtig mijn loop, houd levend mijn hoop door zelf mij te lokken, te wenken, te roepen.
10. Recitatief
Evangelist
Die dienaar nu was een bekende van de hogepriester, en zo ging hij tegelijk met Jezus het paleis van de hogepriester binnen, terwijl Petrus buiten de poort bleef staan. Die andere leerling, de bekende van de hogepriester, kwam naar buiten, sprak met de portierster en bracht Petrus naar binnen. Het meisje dat bij de poort stond, vroeg Petrus:
Maagd
Ben jij ook niet een van de leerlingen van die man?
Evangelist
Hij zei:
Petrus
Welneen!
Evangelist
Omdat het koud was, hadden de knechten en dienaars een houtskoolvuur aangelegd en stonden zich te warmen. Ook Petrus stond bij hen en warmde zich. De hogepriester ondervroeg Jezus over zijn leerlingen en zijn leer. Jezus antwoordde hem:
Jezus
Ik heb openlijk tot de wereld gesproken. Ik heb altijd onderricht gegeven in een synagoge of tempel, waar de Joden bijeenkomen, en er is
niets wat ik in het geheim heb gesproken. Waarom ondervraagt gij mij? Ondervraag de mensen die gehoord hebben wat ik hun heb verkondigd. Die weten goed wat ik hun heb gezegd.
Evangelist
Op dit woord gaf een van de dienaars die naast hem stond, Jezus een klap in het gezicht en voegde hem toe:
Dienaar
Antwoordt gij zo de hogepriester?
Evangelist
Jezus antwoordde hem:
Jezus
Indien ik iets verkeerds gezegd heb, verklaar dan wat er verkeerd in was; maar indien het goed was, waarom slaat gij mij?
11. Koraal
Wie heeft u zo geslagen, mijn heil, en u met plagen naar lijf en ziel bezocht?
Gij hebt toch niets misdreven, als wij ons hele leven, aan ’t kwaad hebt gij u niet verkocht.
Ik, ik en al mijn zonden, als zandkorrels gevonden aan de oever van de zee, die hebben u veroorzaakt het lijden dat gij door gaat met alle martelaren mee.
12. Recitatief
Evangelist
Daarop zond Annas hem geboeid naar de hogepriester Kajafas. Simon Petrus stond zich te warmen toen iemand hem vroeg:
Koor
Ben jij ook niet een van zijn leerlingen?
Evangelist
Hij ontkende het en zei:
Petrus
Welneen.
Evangelist
Maar een van de knechten van de hogepriester, een bloedverwant van de man van wie Petrus het oor had afgeslagen, zei:
Dienaar
Heb ik je niet in de boomgaard met hem gezien?
Evangelist
Petrus ontkende het opnieuw en meteen begon er een haan te kraaien. En Petrus herinnerde zich het woord, dat Jezus tot hem had gesproken. En hij ging naar buiten en weende bitter.
13. Aria
Ach, mijn ziel, waar vind ik nu nog rust, waar kan ik mij weer laven?
Geen verblijf heb ik voor mijn lijf — dat de bergen mij begraven!
En geen mens, die mij bijstaat, in mijn hart steeds de smart om de schandelijkheid der daad: een knecht, die in de nood zijn Heer verlaat!
14. Koraal
Petrus, die zichzelf vergat, — al zijn trouw verdwenen! — die maar één blik nodig had… bitter moest hij wenen:
Jezus, zie zo ook mij aan, zo ik u zou vergeten, en uw weg niet meer wil gaan, raak dan mijn geweten.
15. Koraal
Christus, die verlossing brengt, ’t kwade uit wil bannen, gaf zich voor ons in de nacht als een dief gevangen, voor de machthebbers gevoerd, door hen vals beschuldigd, uitgejouwd, bespot, bespuwd, opdat de schrift vervuld werd.
16. Recitatief
Evangelist
Toen brachten zij Jezus van het huis van Kajafas naar het pretorium. Het was vroeg in de morgen.
Zij zelf gingen het pretorium niet binnen want zij moesten het paasmaal kunnen eten en mochten zich daarom niet verontreinigen.
Daarom kwam Pilatus naar buiten en vroeg hun:
Pilatus
Welke beschuldiging brengt ge tegen deze man in?
Evangelist
Zij gaven hem ten antwoord:
Koor
Als dit geen misdadiger was, zouden wij hem niet aan u overgeleverd hebben!
Evangelist
Daarop zei Pilatus:
Pilatus
Neemt hem dan zelf en vonnist hem volgens uw wet!
Evangelist
De Joden antwoordden hem:
Koor
Wij missen het recht
om iemand ter dood te brengen!
Evangelist
Zo zou Jezus’ woord in vervulling gaan, waarmee hij had aangeduid welke dood hij zou sterven. Nu ging Pilatus het pretorium weer binnen, riep Jezus bij zich en zei tot hem:
Pilatus
Zijt gij de koning der Joden?
Evangelist
Jezus antwoordde hem:
Jezus
Zegt ge dit uit uzelf, of hebben anderen u over mij gesproken?
Evangelist
Pilatus gaf ten antwoord:
Pilatus
Ben ik soms een Jood? Uw eigen volk en de hogepriesters hebben u aan mij overgeleverd.
Wat hebt gij gedaan?
Evangelist
Jezus antwoordde:
Jezus
Mijn koningschap is niet van deze wereld. Zou mijn koningschap van deze wereld zijn, dan zouden mijn dienaars er wel voor gestreden hebben, dat ik niet aan de Joden werd uitgeleverd. Mijn koningschap is evenwel niet van hier.
17. Koraal
O, grote koning, groot in alle eeuwigheid, hoe kan mijn simpele trouw u antwoord geven, en mijn beperkte menselijke weten zich met u meten?
Ja, ik verzink, hoe meer ik tracht te vatten, in de oneindigheid van uw erbarmen.
Hoe kan ik dan een liefde, zó overvloedig, u ooit vergoeden?
18. Recitatief
Evangelist
Pilatus hernam:
Pilatus
Gij zijt dus toch koning?
Evangelist
Jezus antwoordde:
Jezus
Ja, koning ben ik. Hiertoe ben ik geboren en hiertoe ben ik in de wereld gekomen, om getuigenis af te leggen van de waarheid. Alwie uit de waarheid is, luistert naar mijn stem.
Evangelist
Pilatus zei tot hem:
Pilatus
Wat is waarheid?
Evangelist
Na die woorden ging hij weer naar buiten tot de Joden en zei:
Pilatus
Ik vind hoegenaamd geen schuld in hem.
Maar er bestaat onder u de gewoonte dat ik met Pasen iemand vrijlaat. Wilt gij dat ik u de koning der Joden vrijlaat?
Evangelist
Toen begonnen zij opnieuw te schreeuwen:
Koor
Neen, die niet, maar Barabbas!
Evangelist
Barabbas was een rover. Toen liet Pilatus Jezus geselen.
19. Arioso
Bedenk nu, o mijn ziel, met angstige verrukking, met vreugde in het hart en wanhoop beide, uw groot geluk
in Jezus’ lijden, want uit de doornen, die hem wonden, ontbloeit voor u de hemelse sleutelbloem: de zoetste vrucht wordt uit zijn bitter sap gewonnen, houd daarom dag en nacht het oog op hem.
20. Aria
Bedenk hoe Jezus’ rug, bloedig gegeseld, ons wil verbeelden een hemels geheimenis.
Aan de hemel immers kwam, toen ’t water van onze zondvloed was verslagen, de regenboog, die van genade van God ’t veelkleurig teken is.
21. Recitatief
Evangelist
De soldaten vlochten een kroon van doorntakken, zetten hem die op het hoofd en wierpen hem een purperen mantel om. Zij traden op hem toe en zeiden:
Koor
Gegroet, koning der Joden!
Evangelist
En zij sloegen hem in het gezicht. Pilatus ging naar buiten en zei tot hen:
Pilatus
Ziehier, ik breng hem naar buiten om u te doen weten, dat ik volstrekt geen schuld in hem vind.
Evangelist
Jezus kwam naar buiten terwijl hij nog de doornkroon en de purperen mantel droeg.
Pilatus zei tot hen:
Pilatus
Ziehier de mens.
Evangelist
Maar toen de hogepriesters en de dienaars hem zagen, schreeuwden ze:
Koor
Kruisigen, kruisigen!
Evangelist
Pilatus zei hun:
Pilatus
Neemt gij hem dan en kruisigt hem, want ik vind geen schuld in hem.
Evangelist
De Joden antwoordden hem:
Koor
Wij hebben een wet en volgens die wet moet hij sterven, omdat hij zich voor Gods zoon heeft uitgegeven!
Evangelist
Toen Pilatus dit hoorde, werd hij nog meer bevreesd. Hij ging het pretorium weer binnen en sprak tot Jezus:
Pilatus
Waar zijt gij vandaan?
Evangelist
Jezus gaf hem echter geen antwoord. Daarom zei Pilatus:
Pilatus
Gij spreekt niet tegen mij? Weet gij dan niet dat ik de macht heb om u vrij te spreken, maar ook de macht om u te kruisigen?
Evangelist
Jezus antwoordde:
Jezus
Gij zoudt volstrekt geen macht over mij hebben, als u die niet van boven gegeven was. Daarom is de zonde van hem die mij aan u heeft overgeleverd groter.
Evangelist
Van dat ogenblik af wilde Pilatus ertoe overgaan hem vrij te laten.
22. Koraal
Door uw gevangenschap, zoon van God, werd vrijheid ons gegeven, uw kerker: de genadetroon, bevrijding van het leven;
ging gij niet zelf in slavernij, voor altijd slaven waren wij.
23. Recitatief
Evangelist
Maar de Joden schreeuwden:
Koor
Als gij die man vrijlaat, zijt gij geen vriend van de keizer! Wie zich voor koning uitgeeft, komt in verzet tegen de keizer!
Evangelist
Toen Pilatus hen hoorde roepen, liet hij Jezus naar buiten brengen en ging op de rechterstoel zitten, op de plaats die Lithostrotos heet, in het Hebreeuws: Gabbata. Het was de voorbereidingsdag voor Pasen, ongeveer het zesde uur. Hij zei tot de Joden:
Pilatus
Hier is uw koning.
Evangelist
Maar zij schreeuwden:
Koor
Weg, weg, weg met hem, kruisig hem!
Evangelist
Pilatus vroeg:
Pilatus
Zal ik dan uw koning kruisigen?
Evangelist
De hogepriesters antwoordden:
Koor
Wij hebben geen andere koning dan de keizer!
Evangelist
Toen leverde hij hem aan hen uit om de kruisdood te ondergaan en zij namen hem over.
Zelf zijn kruis dragend trok Jezus de stad uit naar wat de schedelplaats heet, in het Hebreeuws Golgotha.
24. Aria
IJlt, o zwaar beproefde zielen, komt uit uw donkere holen, ijlt – Waarheen? naar Golgotha!
Spreidt van uw geloof de vleugels, vliegt – Waarheen? naar het kruis op gindse heuvel! Al uw heil – het bloeit aldaar!
25. Recitatief
Evangelist
Daar sloegen zij hem aan het kruis en met hem nog twee anderen, aan elke kant één en Jezus in het midden. Pilatus had een opschrift laten maken en op het kruis doen aanbrengen. Het luidde: Jezus, de Nazoreeër, de koning van de Joden. Vele Joden lazen dit opschrift, want de plaats waar Jezus gekruisigd werd, lag dicht bij de stad. Het stond er in het Hebreeuws, het Latijn en het Grieks. De hogepriesters van de Joden zeiden nu tot Pilatus:
Koor
Ge moet er niet opzetten: De koning van de Joden, maar: Hij heeft gezegd: Ik ben de koning van de Joden.
Evangelist
Pilatus antwoordde:
Pilatus
Wat ik geschreven heb, heb ik geschreven.
26. Koraal
In ’t hart is mij gebleven uw naam, uw kruis alleen, doorstralend heel mijn leven, vól vreugde kan het zijn. uw beeld zal mij verschijnen tot troost in stervensnood, hoe gij, o here Jezus, liefhad tot in de dood.
27. Recitatief
Evangelist
Toen de soldaten Jezus gekruisigd hadden, namen zij zijn kleren en deelden ze in vieren, voor iedere soldaat een deel. Zij namen ook de lijfrok, die echter zonder naad was, aan één stuk geweven van bovenaf. Daarom zeiden ze tot elkaar:
Koor
Laten wij die niet verscheuren, maar erom loten wie hem krijgt.
Evangelist
Aldus moest de schrift vervuld worden: Zij verdeelden mijn kleren onder elkaar en dobbelden om mijn mantel. Terwijl de soldaten hiermee bezig waren, stonden bij Jezus’ kruis zijn moeder, de zuster van zijn moeder, Maria, de vrouw van Kleophas en Maria Magdalena.
Toen Jezus zijn moeder zag en naast haar de leerling die hij liefhad, zei hij tot zijn moeder:
Jezus
Vrouw, zie daar uw zoon.
Evangelist
Vervolgens zei hij tot zijn leerling:
Jezus
Zie daar uw moeder.
28. Koraal
Vol zorg is hij nog geweest in ’t uur van zijn sterven, voor zijn moeder in haar leed, zocht hij een beschermer.
O, mens, geef te rechter tijd God en mens uw trouwe, sterven zult ge zonder strijd, droefheid of benauwen.
29. Recitatief
Evangelist
En van dat ogenblik af nam de leerling haar bij zich in huis.Hierna, wetend dat nu alles was volbracht, zei Jezus, opdat de schrift vervuld zou worden:
Jezus
Ik heb dorst!
Evangelist
Er stond daar een kruik vol zure wijn. Ze doopten er een spons in, staken die op een hysop-stengel en brachten die aan zijn mond.
Toen Jezus van de zure wijn genomen had, zei hij:
Jezus
Het is volbracht.
30. Aria
Het is volbracht!
O, troost voor diepbedroefde zielen:
de lijdensnacht is om en mag niet langer duren.
De held uit Juda wint met macht, de strijd is uit – het is volbracht!
31. Recitatief
Evangelist
Daarop boog hij het hoofd en gaf de geest.
32. Aria en koraal
Mijn heiland, laat me u mogen vragen,
Jezus, verzwolgen door de dood, gij die daar zijt aan ’t kruis geslagen,
en hebt gesproken: het is volbracht! zult gij eeuwig leven.
Verloor de dood daardoor zijn macht?
In de laatste stervensnood kunt gij uitkomst geven.
Laat gij mij door uw pijn en sterven uw koninkrijk beërven?
Komt voor de wereld het jubeljaar? gij verzoent ons, gij alleen, o, mijn vriend en here!
Ach, ’t spreken kunt gij niet verdragen,
Eeuwig leven, met u één, maar wel neigt gij het hoofd en spreekt stilzwijgend: Ja! is al mijn begeren.
33. Recitatief
Evangelist
En zie, het voorhangsel van de tempel scheurde van boven naar beneden in tweeën. En de aarde beefde, en de rotsen scheurden, en de graven gingen open en vele lichamen van ontslapen heiligen werden opgewekt.
34. Arioso
Mijn hart, de hele wereld lijdt met Jezus’ lijden angstig mede, de zon is zich in rouw gaan kleden, de voorhang scheurt, de steenrots splijt, de aarde beeft, de graven wijken, daar zij de schepper zien bezwijken, wat wilt ge uwentwege doen?
35. Aria
Smelt weg nu, mijn hart, in vloeden van tranen, tot eer van de hoogste.
Openbaar aan de aarde en de hemel uw nood, uw Jezus is dood!
36. Recitatief
Evangelist
Aangezien het voorbereidingsdag was en de Joden niet wilden dat de lichamen op Sabbath aan het kruis bleven, het was bovendien een grote Sabbath, vroegen zij Pilatus verlof de benen van de gekruisigden te breken en hen weg te nemen. Daarom kwamen de soldaten en sloegen zowel bij de ene als bij de andere die met hem was gekruisigd, de benen stuk. Toen zij echter bij Jezus kwamen en zagen dat hij reeds dood was, sloegen zij hem de benen niet stuk, maar een van de soldaten doorstak zijn zijde met een lans; terstond kwam er bloed en water uit. Die het gezien heeft getuigt hiervan zijn getuigenis is waar en hij weet, dat hij de waarheid zegt, opdat ook gij zoudt geloven.
Dit is gebeurd opdat de schrift zou vervuld worden: van zijn gebeente zal niets worden verbrijzeld, terwijl nog een ander schriftwoord zegt: Zij zullen opzien naar hem die zij hebben doorstoken.
37. Koraal
Sta ons, Christus, zoon Gods, bij door uw bitter lijden, dat, in uw geest levend, wij alle kwaad vermijden.
Waarom gij gestorven zijt, willen wij gedenken, en ons leven, schamel zij ‘t, u ten offer schenken.
38. Recitatief
Evangelist
Jozef van Arimathea, die een leerling was van Jezus, maar in het geheim uit vrees voor de Joden, vroeg daarna aan Pilatus het lichaam van Jezus te mogen wegnemen. Toen Pilatus dit had toegestaan, ging hij dus heen en nam het lichaam weg. Nikodemus, die hem vroeger ’s nacht bezocht had, kwam ook en nam een mengsel van mirre en van aloë mee, ongeveer honderd pond. Zij namen het lichaam van Jezus en wikkelden het met welriekende kruiden in zwachtels, zoals bij een Joodse begrafenis gebruikelijk is. Op de plaats waar hij gekruisigd werd, lag een tuin en in die tuin een nieuw graf, waarin nog nooit iemand was neergelegd. Vanwege de voorbereidingsdag van de Joden en omdat het graf dichtbij was, legden zij Jezus daarin neer.
39. Koor
Rust nu, o heilige doodsbeenderen, die ik niet langer wil bewenen; rust nu en breng ook mij die rust.
Het graf, zo ’t u werd toebereid, aan pijn of dood niet meer gewijd, opent de hemel mij en sluit de helpoort toe.
40. Koraal
O, Heer, laat uw lief engelenkoor mijn ziel, als ‘k ga het doodsdal door, in Abrahams schoot dragen; het lichaam, in de slaap des doods rustend, verlost van alle nood, wacht u ten jongsten dage!
Uit starre doodsslaap wek mij dan, zodat ik u aanschouwen kan, in heerlijkheid, o gij, Gods zoon, mijn heiland en genadetroon!
Heer Jezus Christus, hoor naar mij, ‘k wil zingen eeuwig u nabij!